obstacle run

Dat ik obstacle runs vet vind, is voor de meeste mensen die mij kennen of mijn blogs lezen wel duidelijk. Het is een supertoffe en uitdagende sport, maar tegelijkertijd lach je je slap en is het zeer meditatief. Daarom stond ik afgelopen zaterdag weer aan de start van de volgende obstacle run; de Cavemanrun in Valkenburg. Dit keer niet geblesseerd, zoals vorig jaar, en gelukkig helemaal hersteld na de 19 kilometer lange Strong Viking.

Wat ik direct merkte tijdens de run was dat ik in vergelijking met vorig jaar zoveel meer kon. Zonder hulp een muurtje van 2,5 meter over? Geen probleem! Met een vijftien kilo zware zandzak de Cauberg op? No problem! Het is fijn om te merken dat ik in een jaar duidelijke progressie heb geboekt en dat het vele trainen zijn vruchten heeft afgeworpen. De run kwam ik zonder problemen door. Tot het laatste obstakel… Een afsprong van een hoge steiger.

Daar stond ik dan…

Daar stond ik dus al een kwartier lang, bovenop een zes meter hoge steiger. ik hoefde maar één ding te doen. Ik hoefde alleen maar de sprong te wagen. Een sprong ‘van maar’ vier meter waarna mijn val gebroken zou worden door een groot en zacht valkussen. Ik zag mijn lieve schoonouders die beneden op ons stonden te wachten me bemoedigend toe knikken en wuiven. Het is goed. Het is niet eng. Ik zag ineens nog veel meer mensen me bemoedigend staan toe te knikken en zwaaien. Spring nou maar. Je kunt dit. Ik hoorde steeds mijn vriend in mijn oor rustig aftellen. Vijf, vier, drie, twee, één. Vijf, vier, drie, twee, één. Vijf, vier, drie, twee, één….

En weer net op het moment waarop ik dacht te gaan springen, greep de paniek mij wederom naar de keel. Nee!!! Ik wil dit niet!!! Paniek inclusief een paar traantjes. Ik ben oprecht, wanneer het op dit soort dingen aankomt, een zachtgekookt ei en een held op sokken. Ik wist alleen ook dat ik niet met de trap naar beneden kon gaan. Hallo! Er staat toch niet voor niets heel groot 52Challenge op mijn borst en de slogan ‘Ik daag je uit’ op mijn rug? Dan kan ik toch niet, niet springen? Daarnaast heb ik twee weken geleden toch gewoon de meer dan tien meter hoge glijbaan van de Strong Viking run overleefd? Hoezo dit dan niet?!

Samen springen is minder eng

Ik herpakte mij dus weer voor de vierhonderdste keer en toen kwam ik op het lumineuze idee om tegelijkertijd met mijn vriend te springen. Het liefst had ik hand-in-hand gesprongen. Dat maakt het voor je gevoel toch net iets minder eng. Helaas kon dat niet vanwege de val op het kussen, maar tegelijkertijd springen leek mij in ieder geval een topidee. Zoals je in onderstaande video kunt zien, kreeg ik net voor de sprong nog wel de strenge vinger van mijn vriend. Hij zei “Je springt wel hé”, waarna we samen sprongen. Onder luid gejuich en geklap van alle omstanders. OH MY GOD, gekkenhuis!

Aan de ene kant vind ik het een beetje gênant dat ik zolang bovenaan heb gestaan voordat ik durfde te springen, maar aan de andere kant; I couldn’t care less. Ik ben gesprongen en dat is wat telt. Ik ben aangemoedigd door alle omstanders en dat voelt een beetje gek, maar superfijn tegelijkertijd. Lieve omstanders, schoonouders en liefde van mijn leven; dank jullie wel voor de steun. Zijn jullie er de volgende keer ook weer bij? 😉