Een tijd terug al was Nadja de lul en nu mag ik het bezuren… Hooikoorts! Een van mijn minst favoriete tijden van het jaar, is deze pollentijd. Niet alleen betekent het namelijk pijn aan mijn ogen, extreme vermoeidheid en constante hoofdpijn, bovenal betekent het voor mij dat ik een pasje terug moet doen in mijn trainingen. Hooikoorts zorgt er bij mij namelijk ook voor dat ik kortademig word. Een soort astmatisch effect. Dus net nu ik helemaal verzot ben op wedstrijden rennen, pr’s forceren en medailles innen, kan ik niet voluit toe trainen naar mijn volgende wedstrijd: de Dam tot Dam loop.

Een mega PR

Al jaren heb ik last van pollen en pluisjes. Het ene jaar iets extremer dan het andere jaar en soms valt het in mei en dit jaar dus in juni. Oftewel, er is geen touw aan vast te knopen wanneer ik mij beroerd zal gaan voelen of hoe beroerd ik me ga voelen. Stiekem hoopte ik al maanden dat ik de dans ontsprongen had dit jaar, tot het me volledig bij de keel greep zo’n twee weken geleden. Omdat er zo weinig regelmaat zit in mijn hooikoorts aanvallen, is het moeilijk te achterhalen waarvoor ik nou eigenlijk zo allergisch ben. Jarenlang dacht ik dat het de berk was, maar die bloeit niet op dit moment. Dus nu denk ik weer dat ik te maken heb met de grassen. Pffff, met zo weinig houvast is het natuurlijk onmogelijk om een goed werkend pilletje, spraytje of druppeltje te vinden die mij in een klap van mijn klachten afhelpt.

Dat is balen! Ik wil namelijk niets liever dan hardlopen! Trainen, trainen, trainen. Sneller rennen en nog veel meer trainen. Noem mij maar gerust een ras verslaafde, want dat ben ik inmiddels absoluut. Eentje die niet alleen genoegen neemt met finishen, maar die ook nog eens veel te hogen doelen stelt voor zichzelf. Onder het mom van ‘if you can dream it, you can achieve it’ ben ik van plan om de 16,1 km in 1 uur en 20 minuten te rennen. Voor veel fanatieke lopers is dat een prima tijd, voor mij is dat gemiddeld één minuut sneller per km dan ik deed tijdens WOTN. Oftewel, een mega PR!

De puffer

Nu ik dus als een hijgende schildpad door het Vondelpark ren, proberend mijn trainingsschema bij te houden, heb ik er daadwerkelijk alles voor over om van mijn kortademigheid af te komen. Maar dan ook echt alles. Zo ben ik inmiddels zelfs aan de puffer. Je weet wel, zo eentje die vroeger bij het zielige jongetje uit de klas hoorde, die op de spannende momenten zijn puffer erbij moest pakken om de rode vlekken in zijn gezicht en nek weg te krijgen. Ik had zo’n zielig jongetje in mijn klas en dat is dan dus ook de enige associatie die ik ermee heb. Bij hem hielp het trouwens altijd heel goed, bij mij helaas wat minder.

Hoe kom je er vanaf?

Het hoofdstuk puffer zet tot nu toe dus nog weinig zoden aan de dijk helaas en dus ben ik hard op zoek naar alternatieven om zo snel mogelijk te genezen van mijn hooikoorts. Zo hoorde ik laatst dat het werkt om nu al te beginnen met het eten van honing uit de streek hier, om volgend jaar minder last te hebben. If you can’t beat it, eat it! Daar heb ik nu natuurlijk weinig aan.

Dit weekend ben ik in Zeeland. Hopelijk is er aan zee minder pollengevaar en kan ik daar eindelijk weer eens een normaal rondje rennen. Zonder hijgen, zonder overmatig zweten en zonder rood aangelopen hoofd. Wat kijk ik daar naar uit zeg! In Amsterdam zoek ik nog naar dé oplossing. Dus kom maar op met jullie gouden tips! Hoe kom ik van mijn hooikoorts af?